Leven als een Sudanees
Door: Peter
Blijf op de hoogte en volg Peter
27 Februari 2012 | Soedan, Khartoem
Eenmaal op de boot vind ik een acceptabele plaats en begint het lange wachten. Het duurt ongeveer 8 uur voordat iedereen zijn spullen op de boot geladen heeft. Waar ik dacht dat er al teveel mensen aan boord waren, lijkt het alsof deze boot ook nog eens heel Sudan moet bevoorraden. Als we dan eenmaal vertrekken volgt er nog een gevecht met de kapitein die wat extra geld aan me probeert te verdienen, iets dat hem niet lukt. Na een nacht zonder al teveel slaap komen we langs Abu Simbel wat betekent dat we bijna in Sudan zijn. Als de boot dan plotseling midden in Nijl tot stilstand komt voor een aantal uur is dat het moment om eens te gaan informeren wat er aan de hand is. De kapitein is verdwaald (op een lange rivier?), het weer is slecht (zonnig en windstil) of we zijn aan het wachten op officials uit Sudan. Er is zelfs sprake van een 2e nacht op de boot. Na een vertraging van 6 uur komen we weer in beweging en na 30 uur meren we aan in Sudan. De sfeer op het dek is echter erg goed, en het grootste deel van de tijd breng ik door met de vriendelijke Sudanezen aan boord en het handjevol buitenlanders dat er ook is.
De boot uitkomen blijkt een grotere opgave dan de douane controles, maar als dat na een uur of 4 ook gelukt is zit ik even later in de bus naar Wadi Halfa. Helemaal achterin samen met alle Sudanese vrouwen, tot groot amusement van velen. Het is een vreemd gevoel om dan daadwerkelijk in Sudan te zijn, een land waar buiten al het oorlogsnieuws zo weinig over bekend is. Niet de meest makkelijke reis die ik ooit gedaan heb, maar als ik er nu aan terugdenk verschijnt er een grote glimlach op mijn gezicht. Nog nooit zoveel waanzin in 2 dagen meegemaakt.
Vanwege de late aankomst van de boot betekent dit dat er geen transport meer uit Wadi Halfa is en dat iedereen de nacht in een van de 'hotels' moet doorbrengen. Wadi Halfa is het typische grensdorpje. Vies, lelijk, stoffig, en je wilt er zo snel mogelijk weg. Het is meteen een goede introductie wat me op het gebied van faciliteiten staat te wachten. Ik beland in een van de 'lokandas', een ander woord voor goedkoop onderkomen waarbij kamers gedeeld worden door meerderen. Mijn poging om een eigen kamer te verkrijgen, ik ben toe aan een goede nachtrust, faalt (terecht) omdat er anders een tekort aan bedden zal ontstaan. Het is een understatement als ik zeg dat ik toe ben aan een douche, maar na het zien van wat ik hiervoor moet gebruiken doe ik nog een extra beroep op mijn bus deo. Wat er in de toiletten gebeurd is had ik menselijk onmogelijk geacht. De 'touwbedden' blijken niet hoogst comfortabel, gecombineerd met luid snurkende kamergenoten, betekent dit opnieuw een nacht zonder al teveel slaap. Om dit alles in perspectief te zetten, ik betaal er nog geen 2 euro voor. En, tenslotte, ik was op zoek naar avontuur!
Vanuit Wadi Halfa gaan de meesten meteen door naar Khartoum (de hoofdstad), om van daaruit snel weer door te gaan naar een vervolgbestemming. Buiten het feit dat ik weinig voel voor een nieuwe 20 uur durende busreis lijkt het me veel interessanter om de Nijl te volgen en her en der te stoppen in kleine Nubische dorpjes om het leven daar te zien.
Er is weinig te zien op het gebied van bezienswaardigheden, maar het landschap en leven is wat me hier naartoe brengt. Ik bevind me midden in een enorme woestijn, waar vanuit het niets een grote, eenzame, kalme maar machtige rivier doorheen stroomt. De rivier die leven mogelijk maakt in een vijandig gebied waar temperaturen in de zomer boven de 50 graden celsius uitkomen. De groene strook met palmboomplantages (voor dadels) en geïrrigeerd boerenland langs de Nijl vormt een fascinerend contrast met de grote gele open vlakte van de woestijn. Verderop langs de Nijl zijn duizenden jaren oude tempels en piramides te vinden. Nadat het Nubische rijk veroverd is door de Egyptenaren hebben ze ook hier hun sporen achter gelaten. Wat door de meeste Egyptologen voornamelijk genegeerd wordt is dat de Nubiërs later grote delen van het Egyptische rijk (terug)veroverd hebben en dat er enkele Nubische Farao's op de troon gezeten hebben. In de kleine dorpjes waar ik kom ben ik letterlijk de enige Khawaja (buitenlander) en is de ontvangst overweldigend. Het aantal uitnodigingen voor thee is ontelbaar. En als ik dan een keer zelf in een theehuis een thee bestel, blijkt dat tijdens het afrekenen iemand anders al voor me betaald heeft en er ondertussen alweer vandoor is gegaan. Het komt zelden voor dat ik alleen eet, meestal vind ik mezelf terug voor avondeten in het huis van een familie die me tijdelijk geadopteerd heeft. Vooral de kleine kinderen eisen doorgaans veel aandacht op, maar zijn allemaal even schattig. Vind ik me niet in een huis om mee te eten dan is het wel om een potje te kaarten of voetbal te kijken. Ik doe regelmatig een poging om anoniem door een dorpje te lopen, of zoek een rustig plaatsje op aan de Nijl maar meestal word ik snel weer gevonden door iemand die een praatje wil maken of krijg ik gezelschap van een groepje kinderen. Eerst vaak geschokt door mijn verschijning, later op veilige afstand volgend. Als ik dan in een van de lokanda's een eigen kamer heb komt daar ook regelmatig iemand binnenstormen (geen slot) om die rare westerling te ontmoeten. Privacy is een overbodige luxe. Zo ook warm water.
Het reizen zonder guidebook blijkt ook een uitdaging. Ik ben compleet afhankelijk van wat de Sudanezen voor me regelen en de informatie waarvan hun me kunnen voorzien. Gelukkig is er altijd een Sudanees bereid de helpende hand toe te steken en dit maakt Sudan waarschijnlijk het best land om Guidebookloos door te gaan. Het grootste probleem blijft de taalbarriere. Het aantal Engelssprekenden is gering, en mijn Arabisch (dat ook hier de voertaal is) verbetert zich maar mondjesmaat. Gelukkig kom ik na een ruime week iemand tegen die op weg is Sudan te verlaten en krijg ik zijn guidebook, maakt het leven wat eenvoudiger.
Met iedere 10 kilometer die ik verder naar het Zuiden ga lijkt het ook een graad warmer te worden. In Dongola aangekomen plan ik een van mijn kleine excursies naar een tempel niet al te ver weg. In een uurtje of 2 moet ik ernaartoe kunnen lopen naar mijn idee. De hele tocht loop ik echter door het losse woestijnzand te sloffen en pas na 3 uur bereik ik iets dat op een tempel lijkt. Vervelend dat zon beetje de hele tempel onder het woestijnzand bedolven is en dat er eigenlijk niets te zien is. Nog vervelender is dat mijn watervoorraad snel opraakt en dat de weg terug ook 3 uur duurt. Eenmaal, compleet uitgedroogd en vermoeid, aangekomen in een klein dorpje geef ik aan een aantal verbaasde locals een les hoe je in een zo kort mogelijke tijd enkele liters water achterover kan werken. Vochtlevel weer op pijl is er ook weer tijd en energie om foto's te maken. De Sudanezen gaan graag op de foto, het komt met grote regelmaat voor dat ik mijn camera tevoorschijn moet toveren om mensen op de foto te zetten. Zo word ik door een groepje oude mannen min of meer gedwongen iedere voorbijganger te fotograferen, waar het resultaat met veel plezier word ontvangen. Mijn camera gaat hierbij van hand tot hand het halve dorp rond en ook de verbaasde slachtoffers wordt het resultaat getoond. Hilarisch. Mijn camera afgeven is iets waarmee ik in geen enkel land zo weinig moeite mee heb als in Sudan. Criminaliteit is een vrijwel onbekend begrip, zeker in dorpen, en het is soms onvoorstelbaar hoe sociaal de gemeenschap is. Zo is het nagenoeg ondenkbaar in Sudan om een lifter langs de kant te laten staan als er plaats is. Iets waar ik af en toe ook handig gebruik van maak.
Ik ben erg gefascineerd en onder de indruk van de manier waarop gebruik wordt gemaakt van de Nijl. Hoe het boerenland geïrrigeerd wordt, hoe de gewassen gegroeid en geoogst worden. Ik krijg regelmatig een rondleiding en kan het allemaal van dichtbij te zien. Het is allemaal erg basic, machines zijn er nagenoeg niet, maar zo ver als ik kan inschatten zijn (of kunnen) de dorpjes volledig zelfvoorzienend (zijn). Water is er ten overvloede door de Nijl, en zo wordt er meer dan voldoende voedsel verbouwd voor bewoners en hun dieren. Elektriciteit wordt opgewekt door een dam midden in de Nijl. Huizen worden gebouwd van 'mud-brick' bakstenen waarvoor niet meer nodig is dan klei, water en mankracht.
Het hebben van een guidebook werpt meteen zijn vruchten af als ik aankom in Karima. Er word een mogelijkheid genoemd voor een homestay, wat me een interessante afwisseling lijkt van de lokanda's. Ik weet nog steeds niet helemaal hoe, maar ik kom uiteindelijk compleet ergens anders terecht dan in het guidebook vermeld staat. Ik heb een eigen kamer en vind het prima. Ik ben in Karima om de best bewaarde piramides van Afrika te zien, zoals ze aangeprezen worden in Sudan. De piramides zijn niet zo groot als in Egypte, en een stuk puntiger, maar in hun eigen manier erg charmant. Ze staan samen met een oude Egyptische tempel aan de rand van Jebel Barkal, Arabisch voor de heilige berg. Van vele kilometers afstand wordt de horizon gedomineerd door de heilige berg, woonplaats van de god Amun en de zetel van 2 koninkrijken, Egypte en Nubië. Zoals gewoonlijk ben ik helemaal alleen, en er is niemand die me tegenhoud om naar hartenlust iedere piramide die ik wil te beklimmen. De hitte weerhoud me er zelfs niet van om een poging te wagen de heilige berg te bedwingen, met fenomenale uitzichten als beloning. Vanuit Karima doe ik meteen een bezoek aan de oudste piramides van Afrika, in Nuri. Ze zijn niet in goede staat en worden voor mijn ogen teruggenomen door de woestijn. Juist dit maakt ze bijzonder. Onderweg hier naar toe krijg ik zowel het meest praktische als onpraktische cadeau. Na een uitnodiging in het coca cola magazijn word ik weer op weg gestuurd met een treetje mineraalwater. Loop je dan met 12 flessen door de woestijn te sjouwen. Wat niet in mijn rugzak past doneer ik maar aan wat kinderen die niet helemaal weten wat ze ermee moeten. De Sudanezen hebben zo hun eigen oplossing gevonden voor het hitte probleem. Iedereen heeft voor zijn huis grote potten, en verder verspreid door de omgeving, met koud water staan, waar iedereen die wil uit kan drinken. Helaas ben ik niet helemaal zeker hoe mijn maag hiermee om zal gaan dus beperk ik me tot mineraalwater. Iets waar ik in ieder geval voor een dag genoeg van heb.
De Chinese machtsovername in de wereld komt me in Sudan goed van pas. Door heel Sudan hebben de Chinezen hard gewerkt aan de infrastructuur, goede asfaltwegen dwars door de woestijn en moderne bruggen over de Nijl. Vroeger was vervoer per boot over de Nijl de populairste manier om van plaats tot plaats te komen, maar door de komst van het asfalt zijn deze boten overbodig geraakt. De oplossing hiervoor is simpel in Sudan, trek de boten de kade op en laat vervolgens enkele tientallen jaren de natuur zijn gang gaan. Ze liggen niemand in de weg en ook hier houd niemand je tegen om op onderzoek uit te gaan in de boten. Ze zijn nog in vrij goede staat en even later ben ik kapitein van mijn eigen 'ghost ship'.
In Karima maak ik snel vrienden met een jongen van mijn gastfamilie die me samen met wat vrienden Karima mee rond sleurt. Zo krijg ik een mooi inzicht wat de jeugd doet op een willekeurige Vrijdag. Het leven is erg relaxed. Wat kaarten, wat domino, veel slapen of rondhangen in het algemeen, wat voetbal kijken of spelen.
Als de halve finale van de lokale beker gespeeld wordt mag ik mee om het spektakel te aanschouwen. De wedstrijd heeft alles in zich wat een goede wedstrijd in Afrika hoort te hebben. Een veld waarop goed voetbal per definitie niet mogelijk is, scheidsrechters met twijfelachtige beslissingen, dubieuze penalties en onterechte rode kaarten, tackles op enkelhoogte en vooral heel veel inzet.
Als tijdelijk onderdeel van de gemeenschap in Karima ben ik genodigde op een bruiloft. Dit begint sochtens met een 'All-you-can-eat' dorpsontbijt. Buiten mij lijkt het hele dorp aanwezig. Diner is eenzelfde aangelegenheid met andere gerechten. Ik heb geen idee wat het allemaal is, maar het eten is geweldig. Ik sta ervan versteld wat de Sudanese keuken te bieden heeft. s Avonds volgt het trouwfeest wat een bijzondere gebeurtenis te noemen is. De typisch Afrikaanse live muziek zorgt voor sfeer. De vrouwen, inclusief bruid, zitten allemaal op een stoel te kijken naar de mannen die grotendeels op de dansvloer te vinden zijn. Raar! Er is wat druk van enkele omstanders om ook mij op de dansvloer te krijgen. Ik vind het echter hoogst ongepast de aandacht op me te eisen op een bruiloft van mensen die ik helemaal niet ken. Tevens is er, zoals in ieder goed Islamitisch land, de complete afwezigheid van alcohol. De status als buitenlander is in Sudan bijzonder te noemen. Je wordt overal met enorm veel respect behandeld en met open armen ontvangen. Maar later ben je onderdeel van het geheel, als ieder ander. Iets dat me wel bevalt. Een speciale dag, in een speciaal land.
Ik eindig mijn route langs de Nijldorpjes zodra ik op de bus spring naar Khartoum. Waar ik tussen de verschillende dorpjes doorgaans mezelf in minibusjes moet proppen is de bus naar Khartoum ruim en comfortabel. Minibusjes bieden plaats aan 14 personen. In Sudan bieden ze gemiddeld plaats aan 20. In Khartoum mag ik het nodige papierwerk regelen. Vrij reizen in Sudan betekent ongeveer het volgende: registratie bij aankomst in het land, herregistratie in Khartoum, registratie in iedere stad om hotelpermissie te verkrijgen, fotografiepermissie, reispermissie naar bepaalde delen van het land, reispermissie over bepaalde wegen, checkpoint hier, checkpoint daar. Het is een ellendige bezigheid maar ik leg me erbij neer omdat de beloning groot is. Sudan is een fascinerend land. Je zou het kunnen classificeren als overgangsland tussen Midden-Oosten en het donkere Afrika. Ik zie veel dingen die me bekend voorkomen uit het midden oosten, ik zie veel dingen die ik verwacht in Afrika.
Hoe dan ook deel ik kamers met Sudanezen, word ik vervoerd als een Sudanees, deel ik eten met de Sudanezen, spendeer ik mijn vrije tijd met de Sudanezen en ruik ik als Sudanees. Ik denk dat ik kan zeggen dat ik leef als een Sudanees, soort van. Het is alles wat het leven in Nederland niet is, en ik geniet van iedere minuut!
De enige vraag is wanneer ik Sudan weet te verlaten.
Groeten,
Peter
-
27 Februari 2012 - 09:59
Chris Van Riel :
Peter, ik ben nu wel ontzettend benieuwd welk voorstel je van die kapitein hebt afgeslagen.... ;-) -
27 Februari 2012 - 10:01
Joyce:
Gim,
Het ziet er fantastisch uit en je verhaal klinkt geweldig!! Hopelijk denk je ook nog weleens aan ons, want ik mis je iig wel!!! Benieuwd of je je visa al hebt verlengd of gaat verlengen. Heel veel plezier nog!
kus Joyce -
09 Maart 2012 - 18:55
Jeanne Van Gils:
Hoi Peter,
Ik heb weer met open mond je verhaal gelezen. Wat fijn dat ook de mensen in Soedan weer vriendelijk en gastvrij zijn. Geniet ze nog!!
Groetjes!! -
13 Maart 2012 - 13:50
Marinda:
mooi verhaal en zeker de positiviteit van Sudan!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley