Van Khawaja naar Faranji - Reisverslag uit Addis Abeba, Ethiopië van Peter - WaarBenJij.nu Van Khawaja naar Faranji - Reisverslag uit Addis Abeba, Ethiopië van Peter - WaarBenJij.nu

Van Khawaja naar Faranji

Door: Peter

Blijf op de hoogte en volg Peter

03 April 2012 | Ethiopië, Addis Abeba

Het leven als reizigers is een druk bestaan. Een greep uit de dagelijkse bezigheden zijn het bezichten van de belangrijkste mijlpijlen in de historie der mensheid, een bezoekje brengen aan de wonderen in de wereld die moeder natuur voor ons beschikbaar heeft gesteld, een praatje maken met de locals, opzoek naar een goed restaurant. En als het echt allemaal teveel wordt is er af en toe een dag de tijd om te relaxen met een goed boek. Door dit alles loop ik hopeloos achter met het typen van verslagen. Ondertussen ben ik alweer 2 weken in Ethiopie, maar hebben jullie ook nog enkele weken aan Sudan avonturen tegoed.


Khartoum
Voordat ik op de bus spring naar Kahrtoum, de hoofdstad van Sudan, heb ik geen idee wat ik moet verwachten. Maar na er in 2 bezoeken bijna 3 weken te zijn geweest denk ik dat ik een aardig beeld heb kunnen vormen. Het is geen Cairo, maar toch is er genoeg dat me fascineerde en er bezighield. Dat mijn route langs kleine Nijldorpjes eindigt in Khartoum betekent niet dat ik de Nijl achter me laat. De locatie van Khartoum is fabelachtig te noemen, het is de plaats waar de blauwe en witte Nijl samenkomt en kalmpjes verder gaat richting Egypte als een grote rivier. Midden in de stad is dit wonder der natuur te aanschouwen, duidelijk is het verschil in kleur te zien. Het kleurverschil wordt veroorzaak door het slib dat door de rivier gedragen worden. Volgens legende smaakt water uit de blauwe Nijl beter dan uit de witte Nijl. Ik heb het niet gecontroleerd. Waar de witte Nijl zijn oorsprong vind in Oeganda, vind de blauwe Nijl zijn weg naar Sudan vanuit Ethiopie.
Het zal geen verassing zijn dat deze unieke en strategische locatie de reden is voor het ontstaan van een belangrijke handelsstad. Khartoum bestaat eigenlijk uit 3 aparte steden, ieder aan een eigen zijde aan de Nijl. Iedere stad heeft zijn eigen unieke karakter. Ik vestig me in een wat moderner gedeelte met veel goede restaurants en cafes op loopafstand. Na bijna 2 weken weinig anders dan fuul (Bonen en brood) en fruit gegeten te hebben smacht ik naar iets herkenbaars. De bezienswaardigheden in Khartoum zijn waarschijnlijk allemaal in 2 dagen af te werken, en toch heb ik het voor elkaar gekregen om niet alles te zien. Mijn belangrijkste activiteit in Khartoum is het vinden van de beste fruitsap-bar in Sudan, genaamd Suco Fresco. Na een paar bezoekjes raak ik snel bevriend met de jongen, Muselem, die de fruitsapjes maakt. Bij een compleet gebrek aan iets dat in de buurt komt van uitgaansgelegenheden spendeer ik de meeste van mijn avonden bij Suco Fresco. Op zijn vrije dag nemen Muselem en een vriend me mee naar een fraai gelegden eiland in de Nijl. De plaats waar veel Sudanezen hun weekend doorbrengen. Zoals ik een beetje gewend ben word alles voor me betaald. Maar mede door de wetenschap dat Muselem niet meer dan 5 euro per dag (van 12 uur) verdient blijft dit een ongemakkelijk gevoel. Weigeren is echter geen optie en wordt als belediging beschouwd.
In Khartoum sta ik versteld van de aanwezigheid van de vele buitenlanders. De meeste zijn makkelijk te herkennen aan de grote blinkende Landrovers of Landcruisers waarin ze zichzelf vervoeren met grote stickers van de UN of een of andere bekende hulporganisatie op de zijkant. Je zou verwachten dat de mensen gewend zijn aan buitenlanders, maar iedere kee als ik in een lokaal restaurant kom, of met de lokale bus reis wordt er compleet verbaasd gereageert op mijn aanwezigheid. Zo moet ik bijvoorbeeld bij een bezoekje aan de kapper een complete fotosessie ondergaan, voor Facebook. Als ik me dan een keer begeef naar een luxe Westers restaurant is dit de plaats waar ik al mijn soortgenoten vind. Ik voel me gelijk een stuk minder op mijn gemak. Het meest interessante in Khartoum zijn de mensen die ik ontmoet. UN-medewerkers, medewerkers van hulporganisaties, docenten Engels, Zuid-Sudanezen met allen hun eigen verhaal en zelfs een paar reizigers. Op een bepaald moment word ik uitgenodigd door iemand die zijn eigen wapenwinkel bezit waar ik met enkele van de wapens mag spelen. Cool!
Mijn grootste prestatie lever ik bij Suco Fresco. Met gepaste trots kan ik melden dat ik de eerste persoon ben die alle fruitsapjes en smoothies heeft gekeurd. In totaal een stuk of 20.
Mijn meest indrukwekkende ervaring in Khartoum is een bezoekje aan de 'Whirling Dervishes', een wekelijks ritueel dat door de Sufi Moslims wordt uitgevoerd op een open veld voor een belangrijke tombe. De Sufi's zijn een bijzondere aftakking in de Islam en er wordt vaak op neergekeken door andere moslims. De meest opvallende afwijking is het bijzondere uiterlijk van de Sufi's, het traditionele witte gewaad is ingerolen door opvallend gekleurde gewaden waarbij niets te gek lijkt. Waarbij velen kiezen voor rood/groen is er een enkeling in tijgermotief of fluoriserend geel. Combineer dit met de nodige rasta's en het is geen wonder dat dit ritueel iedere week de nodige toeschouwers trekt. Het ritueel begint met het hijsen van de vlag waarna de muziek begint. De meeste Sufi's marcheren rond in de cirkel die door de toeschouwers wordt gevormd en scanderen gezamenlijk 'La illaha illallah' (Er is geen andere god dan Allah). Rondom de cirkel worden rijtjes gevormd met mensen die klappen en de naam van Allah scanderen. Dit kan zomaar een uur lang doorgaan en heeft een hypnotiserend effect. Zeker als het ritme van het klappen en scanderen sneller en sneller, luider en luider gaat. In de cirkel breekt af en toe een Sufi los van de groep om in zijn eentje op een been rondjes te draaien op zoek naar zijn eigen pad naar god. Het doel van dit alles is in een staat van verlichting te geraken waarin het hart in directe communicatie staat met god. Het geheel is een grote chaos, maar de sfeer is intens en in sommige gevallen angstaanjagend. Dit alles eindigt zodra de zon onder gaat en de Sufi's zich naar de moskee begeven om te bidden, nog steeds onder begeleiding van drum en muziek.

Meroe Pyramids en Port Sudan
Na anderhalve week in Khartoum te hebben gespendeerd besluit ik dat het tijd is om de belangrijkste bezienswaardigheid vanuit historisch oogpunt te bezoeken die Sudan te bieden heeft. Midden in de woestijn staan 10 tallen piramides dicht op elkaar die de grootste begraafplaats vormen van het oude Egyptische rijk. Naar een attractie die zo belangrijk is verwacht je iets van openbaar vervoer, echter in een land waar toerisme zo goed als niet bestaat is dit niet het geval. Gelukkig ligt er dwars door dezelfde woestijn een weg en is het via een bus en een korte, hete wandeling door de woestijn mogelijk om de piramides te bereiken. De bewakers kijken verbaasd op als ik in mijn uppie aan kom wandelen en vragen zich af hoe ik er gekomen ben. De piramides heb ik zoals ik gewend ben compleet voor mezelf en niets weerhoud me ervan om ze naar hartelust te beklimmen. Het is moeilijk om jezelf niet even Indiana Jones te wanen en opzoek te gaan naar verborgen schatten. Helaas zijn enkele grafrovers mij al voorgegaan welke geen halve maatregelen hebben gebruikt. De meeste piramides zijn zwaar beschadigd doordat er met dynamiet geprobeerd is een ingang of verborgen schatten te vinden. De piramides die compleet zijn hebben dit te danken aan restoratie. Het is zeker niet ondenkbaar om hier een hele dag te spenderen om bovenop een piramide jezelf in het Egyptische rijk te wanen. Die luxe heb ik echter niet omdat ik afhankelijk ben van een lift om de nacht niet in de woestijn te hoeven door te brengen. Nou heb ik eerdere ervaring met liften in Sudan, maar nog nooit eerder was ik er compleet van afhankelijk. Plan B is een overnachting in een van de piramides. Deze afhankelijkheid maakt het een stuk spannender. De spanning duurt echter maar 5 minuten voordat ik opgepikt wordt. Ik heb de juiste wagen te pakken, een aantal rijke jongeren met luxe wagen die het voor elkaar krijgen om binnen de twee uur die de rit duurt 2 bekeuringen te krijgen. Wat voor de meeste Sudanezen veel geld betekent lijkt hen niet te deren.


Port Sudan & Suakin
Ik vervolg mijn reis richting Port Sudan, gelegen aan de rode zee. Tijdens mijn laatste ontmoeting met de rode zee in Egypte heb ik mijn duikdiploma gehaald, iets dat ik in Port Sudan een vervolg hoop te geven. De duiklocaties voor de kust van Sudan staan bekend als de meest onaangetaste en meest bijzondere in de Rode Zee. Duiken met haaien behoort tot de opties en ook is voor de kust van Sudan het experiment van Jack Cousteau waar duikers een maand nonstop onderwater hebben geleefd te vinden. Het is lastig informatie te vinden over duikmogelijkheden, maar uiteindelijk kom ik in contact met enkele kapiteins van schepen die duiktrips organiseren. Deze trips zijn echter een week lang op zee om zon 20 a 25 duiken te doen. Met 2 geregistreerde duiken in mijn Dive Log lijkt me dit niet helemaal geschikt voor mij. Dit alles had ik met een klein beetje voorbereidend werk kunnen weten, maar voorbereiding is doorgaans geen onderdeel van mijn dagelijkse taken. Toch is mijn uitstapje naar Port Sudan meer dan moeite waard door de fraaie locatie aan de rode zee. Het is weer eens wat anders dan de Nijl en een perfecte plaats om tot rust te komen. Samen met een vriend die ik gemaakt heb in de bus bezoek ik de mooiste, compleet afgelegen en verlaten, stranden aan waarschijnlijk de complete kustlijn van de rode zee. Zonder uitzondering maak ik iedere busreis minimaal een nieuwe vriend. Misschien is het een wet in Sudan waar ik niet vanaf weet. Maar het lijkt er soms op dat alle Engelssprekende personen strootje trekken zodra er een Khawaja de bus instapt. De verliezer (of is het winnaar!?) ontfermt zich over de Khawaja en helpt hem met alles dat hij nodig heeft. Mij hoor je niet klagen!
Een bijzonder uitstapje doe ik vanuit Port Sudan naar Suakin, dat sinds het Egyptische rijk als belangrijkste havenstad gold voor Sudan. Dit duurde net zolang totdat Port Sudan gesticht werd in het begin van de 20e eeuw en Suakin overbodig werd. Sindsdien is het in staat van verval geraakt. Er is echter weinig dat je voor kan bereiden op hoe lelijk het dorpje hedendaags is. Dat het in staat van verval is geraakt kun je een understatement noemen, ik heb geen enkel gebouw kunnen vinden dat in zijn volledigheid overeind staat en de laatste eeuw lijken de bewoners ook gestopt te zijn met schoonmaken. Hoogtepunt (of dieptpunt) van dit alles is een klein eilandje waar huizen gebouwd van koraalblokken te vinden zijn. Blijkbaar is koraal niet het beste bouwmateriaal want alle huizen zijn compleet ingestort waardoor het eiland nu volledig bestaat uit hopen koraalblokken. Leuk om overeen te klauteren en je een middagje zoet te houden. Dat juist op dit eiland de Turkse overheid heeft gekozen om een project te financieren voor het bouwen van een brandnieuwe moskee blijft een raadsel. Buiten het feit dat de ruines juist de charme van het eiland vormen vraag je je af wie hier in hemelsnaam de moskee wilt bezoeken.

Na mijn bezoekje aan de rode zee moet ik me terughaasten naar Khartoum omdat mijn visum verloopt en het tijd is om een verlenging aan te vragen. Ik mag terug naar het fijne regeringsgebouw waar ik al eerder een volledige frustrerende dag heb doorgebracht om mezelf te her-registreren. Ik bereid me voor op het ergste. Het blijkt dat ik een sponsor nodig heb om een visa verlenging mogelijk te maken. Voor 4 euro bied iemand aan om dit voor me te zijn en al mijn papierwerk te regelen. Het enige dat ik moet doen is de volgende dag terugkomen om mijn paspoort op te halen. Zo gezegd zo gedaan, maar in mijn paspoort is geen visumverlenging te vinden. Deze is geweigerd omdat een brief van de Nederlandse ambassade nodig blijkt. Mijn sponsor noemt de mogelijkheid om tegen betaling van een groot extra bedrag op een andere plaats in Khartoum mijn visa verlenging zonder deze brief binnen een uur geregeld kan worden. Als dit grote bedrag 10 USD blijkt te zijn lijkt me dit een goed plan. Wonder boven wonder heb ik een uur later, zonder extra benodigdheden, mijn visa verlenging in mijn paspoort. Ik probeer het niet te begrijpen, en ben slechts blij met mijn verlenging. Als ik het vertel aan enkele Sudanezen is hun antwoord simpelweg 'Dit is Afrika'. Goed genoeg voor mij!

Kordofan
Vanuit Khartoum is het tijd om mijn weg Zuidelijk in te zetten op weg naar Ethiopie. Ik wil een bezoekje brengen aan een aantal dorpjes aan de blauwe Nijl in de provincie Kordofan. Mijn Guidebook is erg kort over dit deel van Sudan, samengevat staat er het volgende: 'Er is niets te doen, niets te zien, en voor toeristen weinig reden om ernaartoe te gaan'. Klinkt interessant.
Hoe verder zuidelijk ik kom hoe warmer het begint te worden. Iets waar ik niet alleen moeite mee heb, maar ook de bussen. Regelmatig staat een bus langs de kant met een mankement of lekke band. Het bandenkerkhof in de woestijn langs de weg toont aan dat dit meestal niet zonder geweld gaat, de meeste banden zijn compleet aan flarden. Busritten worden steeds langer, en aankomsttijden steeds onvoorspelbaarder. Gelukkig heb ik geen haast, niemand weet waar ik ben en niemand verwacht me. Als ik aankom in een hotel in Sennar word ik meteen door iemand van het hotel naar het politiebureau gebracht. Ik geef aan dat ik dit ook in mijn eentje wel af kan maar dat wordt vriendelijk geweigerd. Vooruit dan.
Op het politiebureau word ik onderworpen aan een kruisverhoor, meer uit interesse dan iets anders. Wat ik in hemelsnaam in Sennar kom doen, wat ik wil zien, hoelang ik wil blijven, waar ik wanneer precies wil zijn en wat ik in hemelsnaam in Sennar kom doen (een keer of 5). Goede antwoorden heb ik niet, maar omdat mijn papieren in orde zijn mag ik blijven. Het gevoel is compleet anders, op straat word ik aangestaart met verbaasde, geamuseerde en achterdochtige blikken. Ik heb me zelden zo alien gevoeld. Erg ongemakkelijk, maar een ongemakkelijkheid die ik wel kan waarderen. Een simpel Salam eyleikum (Het kan praten!!) breekt meestal het ijs en maakt plaats voor de Sudanese gastvrijheid die ik gewend ben.
Een ander bezoekje doe ik aan Sinja, zover zuidelijk als ik mag komen omdat het enkele kilometers verderop onrustig is. Ik kan bevestigen dat er niets te doen is, en niets te zien is en het lijkt er soms op dat ik de eerste Khawaja ben die de meeste mensen in levende lijven zien. Toch vermaak ik me er prima. Het leven in dit deel van Sudan is zo basic als mogelijk en word geleefd zoals mensen dat al honderden jaren doen. Ik spendeer een groot deel van de dag, op een strategische plaats in de schaduw waar een groepje locals zich verzameld heeft, kijkend hoe handgemaakte houten bootjes passagiers vervoeren van de ene kant van de Nijl naar de andere. Hoe mensen hun groenten hier komen wassen, zichzelf komen wassen, hun kleren komen wassen, en water op komen halen voor thuisgebruik. De kleurrijke markten waar dierlijke producten en producten rechtstreeks vanaf het veld verhandeld worden zijn een genot om overheen te wandelen.
Helaas worden mijn dagen korter en moet ik steeds vroeger op staan om iets te kunnen ondernemen. Op zijn hoogtepunt is het 45 graden, iets dat ik nog nooit eerder meegemaakt heb en niet perse nog een keer hoef mee te maken. Op het heetst van de dag vlucht ik wanneer mogelijk naar mijn hotelkamer met airco om niet levend te verbranden.

Kassala
Mijn laatste stop in Sudan is Kassala. Over het stadje zelf is weinig bijzonders te melden, het is even nietszeggend als ieder ander stadje in Sudan. De mensen zijn er nog vriendelijker dan ik normaal gewend ben, en dat zegt iets in Sudan. Om de paar minuten, wordt er 'Khawaya, how are you?' naar me geroepen. Het is de eerste 25 keer leuk om te melden dat alles in orde is, maar daarna wordt het enigszins vervelend. Ik blijf me echter netjes gedragen en meld aan iedereen die het vraagt dat het goed met me gaat. De reden voor mijn bezoek aan Kassala zijn de Taka Mountains, een bizar, bijna onaards, gevormde granieten rotsformatie. De bergen lijken lak te hebben aan alle regels die moeder natuur voor bergen heeft opgesteld, ze lijken in een vorm gegoten en midden in de woestijn te zijn neergezet. Het is een fijne afwisseling van de leegte van de woestijn waar ik maar moeilijk aan kan wennen. Je zou je af kunnen vragen hoe dit vreemd ogende gestalte hier terecht is gekomen, maar alles wat ik me afvraag is hoe ik het snelste naar een van de toppen kan klimmen. Het is een uurtje lopen naar de voet van de bergen waar een aantal mensen zich hebben gesetled in schattige ronde rieten hutjes wat later uitgegroeid is tot enkele kleine dorpjes. Het blijkt nog niet eenvoudig om de voet van de berg te bereiken, ik word achtervolgt door een horde kinderen, moet regelmatig een praatje maken en word uitgenodigd voor een potje Pro Evolution Soccer op de Playstation. Hoe klein de dorpjes ook zijn, meestal is er minimaal 1 lokatie waar de lokale jeugd zich verzamelt voor computerspelletjes. In mijn eerste wedstrijd ga ik, tegen de verhouding in, met 4-2 ten onder. Mijn volgende tegenstander (een jongetje van een jaar of 10) is een stuk beter, maar opnieuw tegen de verhouding in weet ik met 4-2 te winnen. Mijn tegenstander druipt af, uitgelachen door zijn vriendjes na zijn verlies tegen een Khawaja. Ik verlaat de jongens met opgeheven hoofd om mijn weg richting berg te vervolgen. Met het juiste gevoel voor locatie is aan de voet van de berg enkele honderden jaren geleden een Sufi moskee gebouwd, die met zijn lichtbruine kleur fraai afsteekt tegen de grauwe granieten bergen. Volgens legende is de moskee gebouwd op heilige grond overgekomen uit Mekka. Waar of niet, er hangt een vredige relaxte sfeer in en rond de moskee met een paar mensen die komen bidden of rustig in de schaduw de Koran aan het lezen zijn. Door alle vertraging kom ik zo'n beetje op het heetst van de dag onderaan de berg aan. Ik word nog een keer gewaarschuwd dat het een lastige klim is, maar 45 graden of niet, ik ben hier gekomen met een missie. Na wat flessen water ingeslagen te hebben begin ik mijn klim. Een aantal locals, die er de waanzin waarschijnlijk van inzien, verzamelt zich in de schaduw om het spektakel van de dag te aanschouwen. Bij normale temperatuur zou de klim waarschijnlijk niet zo indrukwekkend zijn, en na een uurtje of 2 klimmen sta ik boven op de berg te genieten van het uitzicht over de omgeving. Op de weg terug naar Kassala neem ik de bus!

Ethiopie
Ik sla nog een laatste voorraadje dadels in, geniet nog van een laatste kopje Sudanese thee, en slof nog 1 keer door het stoffige woestijnzand voordat ik op een bus spring richting de grens met Ethiopie. Ik ben dan bijna 6 weken in Sudan geweest, waar ik van te voren dacht 2 of 3 weken nodig te hebben. Voor alle bezienswaardigheden zou dit waarschijnlijk meer dan voldoende tijd zijn, maar ik heb me nog nooit zo welkom gevoeld in een land en het is me nog nooit eerder overkomen om zo dicht onderdeel uit te maken van een gemeenschap. En het is een prettig gevoel om ergens welkom te zijn! Mijn tijd in Sudan heeft indruk gemaakt, maar na 5 weken in Egypte en 6 weken in Sudan heb ik voorlopig genoeg woestijnzand gezien en is dit het juiste moment om door te gaan op zoek naar nieuwe avonturen.
Het lijkt erop dat de woestijn direct eindigt op de plaats waar de grens getrokken is. Zodra ik Ethiopie binnenwandel waan ik me in een andere wereld. Zelden is het contrast zo groot geweest. Mijn busrit richting Gonder brengt me door hoge bergen, en ondanks dat ik arriveer in het droogteseizoen is er voldoende groen te ontdekken. We rijden door kleine maar levendige dorpjes. De mensen hebben een ander gezicht, de vrouwen zijn een stuk vrijer en opener. Al het Arabisch dat ik geleerd heb is plots nutteloos, en moet ik me opnieuw verdiepen in een nieuwe taal met een nieuw alfabet dat ik nog nooit eerder gezien heb. De Islam is ingewisseld voor het Orthodox Christendom, bijna iedere Ethiopier heeft een kruis om zijn nek hangen. Een groot gedeelte heeft een kruis op het voorhoofd getatoeerd, of een andere gelaatstatoo uit geloofsovertuiging. Ik moet opnieuw beginnen met het begrijpen van een andere cultuur, het begrijpen van het vreemde eten dat ik voorgeschoteld krijg. Mijn bijnaam van Khawaja veranderd naar Faranji. De mentaliteit is een compleet andere, het kost me minder dan een dag om uit te vinden dat ik voor velen niet meer dan een lopende geldzak ben. Kinderen achtervolgen me schreeuwend 'Give me money', 'Give me Pen' of ieder ander Engels woord dat ze kennen voorafgaand met 'Give me'. Of een groepje kinderen schopt bij mijn aantocht snel hun bal weg en vragen mij om een nieuwe omdat die van hun net kapot is gegaan. Bedelaars worden plotseling erg actief bij het zien van een Faranji. Bij nagenoeg geen enkel restaurant/hotel/winkeltje/etc mag ik dezelfde prijs betalen als locals.

Gonder
Aan mijn maandenlange alcohol absentie komt abrupt een einde in Gonder. Ik maak snel nieuwe vrienden die me meenemen naar enkele lokale uitgaansgelegenheden. Onder genot van een pilsje naar (Engels) voetbal kijken is iets dat ik te lang gemist heb en erg vertrouwd aanvoelt. Ik word meegenomen naar lokale traditionele barretjes met live muziek en traditioneel schouderdansen, wat wederom voor mij niet weggelegd is. De deal met mijn nieuwe vrienden is iets in de trent van, hun zorgen dat ik lokale prijzen betaal en ik geef een paar rondjes. Niets voor niets in Ethiopie! Ik vind het prima, de lokale prijzen in Ethiopie zijn meestal lachwekkend laag (50 eurocent voor een pilsje) en ik kom op plaatsen waar ik anders nooit gekomen zou zijn. Ik word geintroduceert in de lokale gewoonte het kauwen van 'Chat', een licht stimulerend middel. Je krijgt een zakje takjes waarvan je de blaadjes een voor een afplukt en erop kauwt tot al het sap eruit is. Dit sap slik je door en voor het pulp dat overblijft vind je een plaatsje ergens tussen tanden en wang. Dit ritueel doort zo een paar uur om uiteindelijk met het laatste beetje kracht dat je nog in je kaken overhebt alles weer uit te spugen. De smaak van chat is vrij smerig, en het doet bijna niets, maar ik heb me laten vertellen dat het meer een sociale aangelegenheid is.
Ik wil vanuit Gonder een trektocht regelen naar de Simien Mountains in de buurt. Om het betaalbaar te maken ben ik afhankelijk van andere mensen om me aan te sluiten bij een groepje. Ik word snel benaderd door een aantal jongens die dit voor me kunnen regelen en ik kan me aansluiten bij een Engels stel. Als een van beide dan maag/darmproblemen krijgt wordt de trip dagelijks uitgesteld tot het helemaal niet doorgaat. Ondertussen vermaak ik me met de kastelen en kerken die in Gonder en omgeving te vinden zijn. Het kasteel dat midden in Gonder te vinden is, is het belangrijkste in Ethiopie en van ongekende schoonheid. Het is zeker niet het eerste kasteel dat ik bezoek deze reis, maar met stip het meest indrukwekkende. Ditzelfde geld voor enkele kerken, de architectuur is uniek zoals ik nog nooit eerder gezien heb, en de beschilderingen in sommige kerken zijn fenomenaal en in een compleet andere stijl dan in andere delen van de wereld. Ik ben bijna een week in Gonder tot ik me aan kan sluiten bij een Noors stel voor de beoogde trektocht in de Simien Mountains. Ik vermaak me er prima, maar als zon beetje iedereen op straat je bij naam kent en je iedereen op straat begint te herkennen weet je dat je ergens te lang bent en het tijd is om te vertrekken.

Simien Mountains
Het was het wachten waard! Ik had het geluk dat ik me aan kon sluiten bij het Noors koppel dat alles al via internet had geregeld. Je zou kunnen zeggen dat we een luxe tour hadden. Alles werd voor ons geregeld, we hadden een kok die iedere maaltijd weer iets fantastisch tevoorschijn wist te toveren, onze tenten werden voor ons opgebouwd en afgebroken, onze spullen verplaatst door pakezels met bijbehorende begeleiders. Het enige dat we zelf moesten doen was rondlopen door de bergen. Ik weet niet waar ik moet beginnen met het omschrijven van de schoonheid van het gebied. De meest indrukwekkende uitzichten ooit met bergtoppen van duizenden meters hoog zover als het oog kan zien. Kleine charmante dorpjes die alleen tevoet te bereiken zijn, en de aanwezigheid van 'Gelaba Baboons' en 'Waliba Ibex' die alleen in Ethiopië te vinden zijn. De apen konden we benaderen tot op minder dan 2 meter, en we hadden het geluk midden tussen twee groepen Ibex terecht te komen. Magisch! Het klikte ook erg goed met de Noren, na 6 weken in mijn uppie in Sudan leuk om weer eens (Westers) gezelschap te hebben. Op de derde dag stond de langste wandeling, 8 uur, op het programma met behoorlijk wat hoogteverschil. Op de vierde dag een beklimming naar een top van 4450 meter. Voor beide was ik enigszins bang, maar het ging me erg goed af. De derde dag had ik weinig problemen, en de top op de laatste dag heb ik ook gehaald! Ik kreeg op ongeveer 100 meter voor het einde pas serieuze problemen met het gebrek aan zuurtstof, maar dan is opgeven allang geen optie meer. Bijzonder fenomeen dat alles zoveel moeizamer gaat op hoogte.

Naar Axum
Vanuit Gonder neem ik de bus naar Axum. Ik word voordat ik mijn busticket aangeschaft heb een paar keer gevraagd waarom ik niet het vliegtuig neem. Voor slechts 40 USD en een uurtje vliegen is het dagelijks mogelijk dezelfde afstand te overbruggen. Vliegen is voor toeristen, en voor een diehard reiziger met een ongekende staat van dienst in lokale bussen moet 10 uur geen probleem vormen. Om sochtens half 6 zit ik in de bus. De bus is oud, veel te vol en erg oncomfortabel, maar nog niets waarvan ik erg onder de indruk ben. Dit veranderd zodra we ons dwars door bergen over de meest verschrikkelijke wegen stuiteren. Het komt meer dan eens voor dat we richting plafond gelanceerd worden en de landing is nooit zacht. De Chinezen zijn ook hier hard bezig aan de weg, maar progressie lijkt langzaam en ik lijk net een jaartje of 2 te vroeg deze busreis te doen. Voor nu zorgen de wegwerkzaamheden alleen maar voor extra ellende. De omgeving waar we doorheen gaan en de uitzichten waar we op getrakteerd worden zijn ongeevenaard en op dat gebied heb ik waarschijnlijk nog geen mooiere busrit gedaan. Genieten is er echter niet bij, het is voornamelijk afzien en ik heb moeite om de waanzin te bevatten om een bus vol met mensen over deze weg heen te sturen. In enkele pauzes wordt door medepassagiers gevraagd waarom ik niet voor het vliegtuig heb gekozen (de aanname dat iedere Faranji dit makkelijk kan betalen wordt hierbij automatisch gemaakt), een goed antwoord heb ik niet. Het is voor mij een wonder dat we slechts eenmaal een lekke band hebben en dit alles maar een uur extra vertraging oplevert. Airco is er niet in de bus, en raampjes kunnen vanwege het stof niet open waardoor de temperatuur in de bus hoog oploopt. De enige vraag die constant terugkomt in mijn gedachte is waarom ik in hemelsnaam niet voor het vliegtuig gekozen heb. Het duurt ongeveer 14 uur voordat de overvolle bus met bezwete niet al te fris ruikende mensen aangestuitert komt op plaats van bestemming. Ik check mezelf in in een goed hotel, compleet zwart van het stof en het vuil van de bus met de nodige extra blauwe plekken. Na een warme douche en een goede maaltijd ziet de wereld er echter weer een stuk positiever uit. De volgende keer misschien toch weer met de bus.


Tot een volgende update!
Peter

p.s. Ethiopie foto's volgen hopelijk bij eenvolgende update..

  • 04 April 2012 - 09:59

    Joyce:

    Super gaaf Gim!! Echt een mooi verslag, je vermaakt je prima zo te merken. Blij weer iets van je te horen.
    Veel plezier nog en hopelijk tot niet over al te lange tijd!
    x

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Ethiopië, Addis Abeba

Peter

Actief sinds 29 Aug. 2011
Verslag gelezen: 513
Totaal aantal bezoekers 34323

Voorgaande reizen:

17 September 2011 - 30 November -0001

Midden-Oosten & Afrika

Landen bezocht: